Individuele Route 2: Onderzoek
Module code
M-MA-MTOZK2
Curricular domain
Practical Classes
Credits
10
Group size
1
Number of course weeks
n/a
Class duration
n/a
Total contact hours
n/a
Study load
280
Form / content / level
Prerequisites
Toegelaten tot het tweede jaar
Competencies
hangende
Aims
De student stelt de persoonlijke leerdoelen vast in overeenstemming met de vaardigheden en algemene doelstellingen.
Relation to other modules
Het onderwerp van het onderzoek houdt verband met het persoonlijke studieplan, met de activiteiten uit de individuele route en het collectieve programma in het Performance lab.
Content
De afgestudeerde Master Muziek moet toegerust zijn voor het spelen van een actieve, zelfstandige en initiërende rol in het muziekleven. In het onderdeel Research ligt daarom de nadruk op het zich ontwikkelen tot onderzoekende professional.
Het doel van het onderzoek is:
• eigen kennis vergroten
• verrijking van het eigen artistieke profiel
• kennis vergroten voor de beroepspraktijk
• kennis vergroten voor de beroepspraktijkvernieuwing
• ontwikkeling en vernieuwing van het vakgebied
De vorm waarin de student deze doelen laat zien is een essay. De student schrijft in jaar 1 ten minste 1 essay. Het eerste essay is een voor de een mastertraject noodzakelijke ‘verkenning’, waarin de student diens onderzoekstraject in kaart brengt en concrete eerste stappen daarin zet. Tevens worden er vragen neergelegd voor het verdere onderzoekstraject.
Het tweede essay is vrijer wat betreft onderwerp en wordt individueel met de student afgestemd. Het derde essay heeft als doel publiceerbaar te zijn en kan (delen uit) essay 1 en 2 omvatten, mits er nieuwe aanvullingen aanwezig zijn.
De vragen die aan het onderzoek ten grondslag liggen worden duidelijk benoemd en er wordt een heldere strategie ontworpen en omschreven. De verhouding met het praktische en discursieve veld speelt een belangrijke rol, maar de focus van het onderzoek is altijd op de praktijk. Het essay wordt begeleid door substantieel uitgevoerde en uitvoerig gedocumenteerde praktijk.
NB: Het team van onderzoeksbegeleiders komt ca. 5 keer per jaar bij elkaar voor intervisie en het bespreken van de onderzoeksresultaten en -processen en stelt naar aanleiding daarvan bij waar nodig. Ook in de onderzoekkringen met studenten is gelegenheid voor evaluatie.
Mode(s) of instruction
Onderzoekkringen, als werkplaats en voor intervisie, gekoppeld aan projecten/ producties in performance lab (collectief en/of eigen productie), met aandacht voor een variatie aan onderzoekstrategieën en –methoden, masterclasses, werkplaats, intervisie, (probleemgestuurde) discussie, simulatie/ (rollen)spelvorm, experimenteren met creatieve werk-/ spelvormen en technieken.
De docent leidt en faciliteert groepssessies. In deze sessies worden methoden, strategieën en voorbeelden van onderzoek aangereikt en besproken, en wordt een gesprek tussen de studenten als peergroup gefaciliteerd.
Begeleiding vindt plaats door middel van individuele gesprekken en feedback/vragen via email.
Material & Tools
• Wat relevant is voor de vraag en het ontwerp van het onderzoek van de student.
• Denscombe, M. (2014). The Good Research Guide for small-scale social research projects (Fifth edition). Open University Press.
• Bij weinig voorkennis m.b.t. het doen van onderzoek, wordt ook aangeraden: Grit, R. & Julsing, M. (2015). How to do Research. Groningen: Noordhoff.
• Theoretisch deel uit Canon Muziektheater
• Lehmann, Hans-Thies (2006). Postdramatic Theatre. New York: Routledge. - Geselecteerde delen uit Introduction, Drama, Panorama of postdramatic theatre.
• Auslander, Philip (2006). "Musical Personae." The Drama Review 50/1: New York University / MIT: 100-119.
• Coussens, Evelyne (2009). "Tweestromenland tussen repertoire en creatie - Muziektheater vanuit de blik van de regisseur." Courant 89: 23-32.
• Goebbels, Heiner (2010). "Aesthetics of Absence: Questioning Basic Assumptions in Performing Arts."
• Hübner, Falk (2010). "Entering the Stage - Musicians as Theatrical Performers”, in: New Sound 36, II/2010, Belgrade: Department of Musicology, Faculty of Music.
• Roesner, David (2008). "The politics of the polyphony of performance: Musicalization in contemporary German theatre."
• Salzman, Eric and Thomas Desi (2008). The New Music Theater: Seeing the Voice, Hearing the Body. Oxford: Oxford University Press. - Introduction.
Student activity
Bronnenonderzoek, theorie bestuderen, schrijven van een hoofdtekst en een aantal kleinere tekst-opdrachten.
Examination and assessment
Mode(s) of assessment
Modes Of Assessment
Formatief:
Eind semester 3: De mentor geeft mondelinge feedback op uitgevoerde activiteiten op basis van de leerdoelen en competenties zoals geformuleerd in het studieplan van de student, evt gevolgd door bijstelling activiteitenplan.
Integraal, summatief:
Individuele route incl. research. Beoordeling mentor plus betrokken interne of externe docent, onderzoekbegeleider en externe beoordelaar.
Toekenning 32 EC na semester 4
a. Realisatie van de geplande activiteiten in een activiteitenoverzicht, met daarbij de schriftelijke beoordelingen van de betreffende docenten (aansluitend aan de activiteiten, uiterlijk juni).
b. Schriftelijke reflectie op persoonlijke ontwikkeling en de daarvoor uitgevoerde activiteiten
(aansluitend aan de activiteiten, uiterlijk juni).
c. Essay 2 en 3, reflectie en schriftelijke onderbouwing, ondersteund door (digitale) documentatie ((deadlines in overleg, afgestemd op activiteitenplan).
d. Eindgesprek over individuele route en definitieve concept final.
Criteria
Zie MaMu Muziektheater, integraal assessment individuele route.
Pass requirements
Weging: gelijk verdeeld tussen de beoordelaars.
Beoordeling is voldoende of onvoldoende.
Examination procedure
De student levert het activiteitenoverzicht en de reflectie in, aansluitend aan de activiteiten, maar uiterlijk in juni.
Mentor, research coach en 3e docent beoordelen die, mede op basis van input van betreffende interne en externe docenten.
Resit options
De student herziet of vult het essay aan.
Module summary
In de masteropleiding ontwikkelt de student zich tot een onderzoekende professional in de muziek. In het individuele en collectieve studieplan zijn de onderzoeksactiviteiten erop gericht dat de student na deze opleiding een innovatieve bijdrage kan leveren aan de beroepspraktijk, met een stevige onderzoek-strategische en -methodische achtergrond.
De algemene eindterm voor research is als volgt beschreven: de student maakt effectief en overtuigend zichtbaar dat hij/zij/hen beschikt over vaardigheden en kennis met betrekking tot praktijkgericht onderzoek op het niveau van een hbo-master (muziek). De student leert - onder persoonlijke begeleiding van een onderzoekcoach - onderzoekend te werken, onderzoek te ontwerpen en uit te voeren op het terrein van muziektheater en dit onderzoek in zijn artistiek werk te integreren. Dit kan zijn op het gebied van actuele ontwikkelingen in het werkveld, esthetisch profiel of identiteit, collectieve en interdisciplinaire maakprocessen, relatie tussen die in muziektheater gebruikte diverse muzikale en theatrale middelen of andere aan muziektheater gerelateerde toepassingen en relaties met de maatschappij.